In gesprek
Rien van Uitert (1952), autodidact in de schilderkunst, heeft bouwkunde gestudeerd in Delft en leerde daarna de kneepjes van het kunstschildervak in zijn contacten met Chris Herenius, Herman van Hoogdalem, Asaph Ben-Menahem en meer collega kunstschilders.
Zijn werk werd tentoongesteld in Galerie De Dilcht (Haren), Museum Møhlmann (Venhuizen, Appingedam), Galerie Wiek XX (Nieuweschans), Kunstzaal van Heijningen (Den Haag), Galerie Goutum (Goutum), Galerie Utrecht (Utrecht), Galerie Lijn 3 (Zeeland) en diverse Kunstbeurzen in Amsterdam en Utrecht. Vanaf 2004 neemt hij jaarlijks deel aan de Onafhankelijk Realisten Tentoonstelling (de ORT) bij Museum Mø hlmann en ook aan andere tentoonstelling daar. Werk van hem is, behalve door particulieren, door museum Mhlmann en een Engelse kunsthandel gekocht.
Over zijn werk schreven drie gerenommeerde beeldend kunstenaars en kunstkenners het volgende:
Rien’s work is really remarkable. Small (surprisingly so, for the most part), polished little gems, moving, enchanting, strange, imaginative, captivating. With the utmost technical skills the more one sees what he’s up to, the more astonishing, truly they are: to couple technical proficiency of that caliber with the curious mixture of elements–ancient architecture (and not in ruins either!) near the sea, lithe dogs in elegant if dreamlike surrounds, and of course the broken down farm equipment (I see done through the years), so elegantly but sadly presented, the tractor here, the abandoned plow there and of course the haunting, splendid trees…. beautiful. Really beautiful.
– Aimée Brown Price – Art historian and critic (New York)
Rien is one of the finest of what is called in Holland “Fijnschilders”. He works his way towards his horizon with patience and skill, recreating worlds of his own, which on the face of it look as real as could be, but if you go out to look for them, they are actually not to be found. They are real as far as their dimensions, perspective and composition go. They are even hyperreal as far as their possible existence of the elements inhabiting them go, but they come out of a mind, putting together a parallel nature.
Rien pays unique attention to the most minute components, be it a little screw here, a scrap of paint there, texture of objects, big and small, their changing tones, light flakes scattered around. He observes and shows the most intimate and hidden part, almost a molecule, lying in shadows of towers, windmills, machines of all sorts, walls of gardens and houses, moss plucking onto surfaces of things. His worlds project the will to recreate, to shape up diligently things he loves, to whom he is responsive and responsible.
And it is – mostly – a silent world: seldom do you find people there. His artworks are worlds which are here for you to watch from a point outside it, located in the mind of their creator, worlds you shouldn’t disturb, whose elements are borrowed from out there, a sort of Dasein, which being is its issue. There are places usually open to their horizon, their skies; some lonely introvert houses full enigma, trees harbouring secrets, dogs. In essence-inside worlds, worlds of the inner eye, in fact poems, having the character of legends, little silent sagas, maybe telling about far away childhood days , all painted with endless care and patience, “recollections in tranquility” of the romantic period Rien worlds. And since the most important quality of an artwork is its authenticity, married to a meaningful composition, which is an order of elements “standing despite all possibility to fall” , it is necessarily a piece of nature which at best shows its maker.
Rien`s works-worlds show him in his uniqueness, for they are him.
– Asaph Ben – Menahem
De landschappen van Rien van Uitert zijn raadselachtig. We zien op zijn strandgezichten of Zuid-Frankrijk-taferelen allerlei elementen terugkeren, die ons enige houvast lijken te bieden: de masten en palen die steeds parmantig omhoogsteken en qua compositie speels de horizontale lijnen kruisen, de honden die zijn werk binnenlopen, de oude, ijzeren machines, die als repoussoir dienen om zijn landschappen nog meer diepte te geven. Het is vooral het mistige toonwaardenperspectief dat aan zijn realistische landschappen een metafysische draai geeft. Er lopen verschillende werelden door elkaar. Riens landschappen gaan over de tijd, over de teloorgang ervan, daar lijken zijn versteende honden tenminste naar te verwijzen, over dat de natuur niet zomaar een verzameling bomen, bergen en zeeën is, maar een klankbord waarop wij onze gevoelens en verlangens kunnen projecteren. De landschappen van Rien zetten dat allemaal in beweging. Het is eigenlijk pure romantiek. Ze prikkelen en voeden onze fantasie en dat is éeacute;n van de mooiste eigenschappen van kunst, dat het niet precies toont wat we zelf al om ons heen kunnen zien, maar dat het een ander licht werpt. Hier treedt iets anders in werking dan een geoefend oog, dit is het rijk van de verbeelding.
– Eric Bos